Is Venezuela onderdeel van de volgende proxy-oorlog? 

Picture of Jelle van der Wal

Jelle van der Wal

In het kort

 De militaire acties van de VS tegen Venezolaanse boten in internationale  vaarwateren kunnen niet losgezien worden van de heropgelaaide  grensdisputen sinds olievondsten in Guyana. 

  • Via de war on drugs-retoriek zien haviken als Marco Rubio momentum  voor het doordrukken van een nieuwe containment-strategie in  Venezuela: een Monroe-doctrine 2.0 in de maak en een recept voor regime  change? 

Nederland en de EU moeten een Libisch post-Moammar al-Qadhafi scenario in Venezuela zien te voorkomen.

Regio Update Latijns-Amerika | Op dinsdag 2 september kwamen de spanningen  tussen de VS en Venezuela op een nieuw hoogtepunt doordat militairen van de VS de  elftallige bemanning van een Venezolaanse boot doodden in internationale vaarwateren. De legitimering voor de actie, aldus Trump op zijn sociale media-kanaal, luidt dat het zou gaan om drugssmokkel en dus onderdeel was van de war on drugs. Op 15 september volgde een tweede boot met drie personen aan boord. De  verhoogde aanwezigheid van lucht- en marinetroepen van de VS in de Caraïben in  dat verband wordt door Maduro van Venezuela beantwoord met een oproep aan  troepen en milities. Kan een verdere escalatie uitmondden in direct conflict? 

Historische duiding 

Om de situatie in Venezuela te begrijpen kom je al snel uit bij de zeer markante Hugo  Chávez, goed voor feitjes en smeuïge anekdotes op verjaardagen. Zo gaf Chávez in  2009 Eduardo Galeano’s boek Las venas abiertas de América Latina – een aanrader voor wie interesse heeft in de regio – aan Barack Obama. Het boek bekritiseert de  structurele ongelijke economische- en machtsrelatie en exploitatie vanaf het  kolonialisme tot het late imperialisme van de VS in de regio en roept op tot  waardigheid, onafhankelijkheid en zelfdeterminatie voor Latijns-Amerikaanse staten. 

In een ander voorbeeld zei Koning Juan Carlos van Spanje in 2007 tegen Chávez – die constant door de premier van Spanje heen sprak: “¿Por qué no te callas?” (Waarom houd je je mond niet?). In de wekelijkse live tv-show Aló Presidente sprak  Chávez soms zeven tot acht uur onopgehouden over de meest uiteenlopende  onderwerpen, terwijl hij beleid maakte en daarvoor plekken in het land bezocht,  ministers ontsloeg, Marx citeerde en de VS beledigde.

De oliepesos vloeiden rijkelijk  en “el Comandante” gaf veel olie uit solidariteit aan bondgenoten. Hij startte zelfs een  jarenlang lopend programma waarmee stookolie gratis of tegen zeer hoge kortingen  werd gegeven aan de armen in de VS. Er werd dus dubbel gestookt. Door velen, zeker  in Venezuela, geroemd om zijn charisma, is het de Venezolanen het lachen inmiddels  al vele jaren vergaan.  

Het land is door het falende economische beleid van Hugo Chávez en diens opvolger  Nicolás Maduro volledig in de afgrond geraakt met een grote humanitaire crisis met  miljoenen vluchtelingen, voedsel- en medicijntekorten en een explosie aan geweld tot  gevolg. Het land met ’s werelds grootste bekende olievoorraden die al sinds de vroege  20e eeuw geëxploiteerd werden was lange tijd één van de welvarendste landen in de  regio. Maar diezelfde olie zorgde voor grote economische afhankelijkheid en  verwaarlozing van andere sectoren, de zogenaamde “Hollandse ziekte”.

De  socialistische Chávez smeed vrijwel al het oliegeld over de balk en gedroeg zich meer  en meer als autoritaire leider. Pakweg een jaar nadat Chávez door ziekte overleed  stortte de economie in door een combinatie van dalende olieprijzen en expansieve  monetaire financiering door de regering van Maduro die leidden tot ongekende  hyperinflatie die jarenlang aanhield. Er werd met een daling van het bbp gesproken  over de grootste economische krimp in vredestijd ooit. Ondertussen werd Nicolás  Maduro steeds repressiever en kreeg Venezuela vanaf 2017 te maken met  internationale sancties en werd geschorst als lid van de douane-unie Mercosur totdat  de democratie hersteld zou zijn. 

Guyana 

De regionale dimensie maakt de zaak extra explosief. In buurland Guyana heeft een  consortium onder leiding van ExxonMobil, Hess en CNOOC in 2015 meer dan 11  miljard vaten aan winbare oliereserves geïdentificeerd. Het probleem is dat een groot  deel van deze velden dicht bij, of volgens Venezuela zelfs ín, het betwiste grensgebied  Essequibo liggen. Essequibo beslaat ruim tweederde van het grondgebied van  Guyana en wordt al sinds de 19e eeuw door Caracas opgeëist. De oorsprong van het  conflict ligt in een arbitraal vonnis uit 1899 dat de grens in het voordeel van Guyana’s  toenmalige kolonisator Groot-Brittannië vastlegde. Venezuela heeft dit vonnis nooit  volledig erkend en stelt dat het tot stand kwam onder oneigenlijke druk. 

Met de vondst van olie is de kwestie weer volop actueel. Caracas houdt vol dat de  natuurlijke hulpbronnen in Essequibo en aangrenzende kustwateren in feite  Venezolaans eigendom zijn. Maduro organiseerde eind 2023 zelfs een controversieel  referendum waarin Venezolanen zich mochten uitspreken over annexatie van  Essequibo – officieel goedgekeurd door een ruime meerderheid. Guyana daarentegen  beroept zich op internationale erkenning van de grenzen en heeft de zaak bij het  Internationaal Gerechtshof in Den Haag gebracht. 

Monroe-doctrine 2.0? 

Washington ziet Guyana’s energie-infrastructuur als strategisch belang en  positioneert militaire aanwezigheid in de regio deels als bescherming daarvan. De  migratiestromen vormen een tweede structurele factor die de geopolitieke impact van  de crisis versterkt. Miljoenen Venezolanen hebben het land verlaten in het afgelopen  decennium, met name richting Colombia en Brazilië. Deze landen dragen grote  sociaaleconomische lasten, variërend van druk op arbeidsmarkten en publieke  diensten tot spanningen aan de grensregio’s waar guerrillagroepen en criminele netwerken actief zijn.

Colombia functioneert al langer als directe partner van de VS in  de strijd tegen drugsnetwerken en guerrillabewegingen en zal de spanningen met  Venezuela mogelijk gebruiken om nauwere samenwerking te rechtvaardigen, hoewel  Petro van Colombia en Trump een lastige voorgeschiedenis hebben en ideologisch  tegenover elkaar staan. 

Deze regionale spanningsvelden worden versterkt door de rol van internationale  grootmachten. China is sinds de jaren 2000 uitgegroeid tot de belangrijkste externe  financier van Caracas via leningen tegen olie en blijft Venezuela voorzien van  diplomatieke en financiële buffers tegen internationale isolatie, al houdt Beijing zich in  de huidige crisis opvallend op de achtergrond. Rusland is veel explicieter aanwezig:  het leverde wapens, veiligheidsadviseurs en militaire steun en ziet Venezuela als  strategisch bruggenhoofd in de westelijke hemisfeer, een manier om de Amerikaanse  invloed direct uit te dagen. Iran en Turkije spelen daarnaast een secundaire rol, 

respectievelijk via oliesamenwerking, benzineleveringen en goudhandel die helpen  sancties te ontwijken. Cuba, tenslotte, vormt een structurele pijler in het overleven van  het Venezolaanse regime: sinds Chávez bestaat er een diepe wederzijdse  afhankelijkheid, met goedkope Venezolaanse olie in ruil voor Cubaanse artsen,  inlichtingendiensten en veiligheidsadviseurs die Maduro’s machtsapparaat helpen  consolideren. Voor Washington geldt deze as Caracas–Havana al decennialang als  symbool van anti-Amerikaanse aanwezigheid in de regio, waardoor de perceptie van  Venezuela niet los kan worden gezien van Cuba’s rol.

Venezuela’s buurland Brazilië  onder Lula kiest voor een andere lijn: multilaterale diplomatie, gericht op regionale  dialoog en de-escalatie. Daarmee ontstaat een spanningsveld tussen landen die  directe Amerikaanse veiligheidssteun verwelkomen en landen die juist vrezen dat de  VS een nieuwe containment-strategie toepassen in Latijns-Amerika, een Monroe doctrine 2.0. 

2 en 15 september 

De logica van de incidenten rondom de Venezolaanse boten moet gelezen worden in  het bredere narratief van Washington waarin criminele netwerken uit Venezuela niet  alleen als drugsbendes worden geschetst, maar als transnationale veiligheidsdreiging.  Het framen van drugsbendes als terroristische organisaties werd al langer gebruikt om 

Venezolanen vanuit de VS (zie update: Deportaties). Diezelfde framing biedt politieke  ruimte voor een veel zwaardere militaire Amerikaanse betrokkenheid in de regio. Wat  in eerste instantie een anti-criminele operatie lijkt, kan via het narrratief van narco terrorisme uitgroeien tot een argument voor geopolitieke confrontatie. Het window of  opportunity dat hiermee gepaard gaat, biedt met name haviken in de Amerikaanse  Senaat, zoals Marco Rubio, de kans om al langer bepleite hardere druk op Caracas  politiek door te drukken. Op die manier verschuiven grenzen: wat begint als  drugsbestrijding, kan eindigen in een proxy-conflict met regionaal en mondiaal effect. 

Handelingsperspectieven voor Nederland en de EU 

Voor Nederland is de crisis en een mogelijk conflict direct interessant daar de  Nederlandse Antillen direct te maken krijgen met vluchtelingen uit Venezuela. Aruba  ligt slechts op 23 kilometer afstand van Venezuela. Wat voor velen dus ver lijkt is in  werkelijkheid dichtbij. In Den Haag is er bovendien een belangrijke rol weggelegd voor  het Internationaal Gerechtshof om duidelijkheid te scheppen rondom de situatie van  Guyana. 

Nederland en de EU zullen een keuze moeten maken wanneer het conflict verder  escaleert: meegaan in de regime-change of een diplomatieke route om escalatie te  voorkomen. In een eerste scenario moet goed nagedacht worden over een post Maduro Venezuela, om niet de fouten uit het verleden te herhalen, waar Libië na de  val van Moammar al-Qadhafi misschien wel het meest vergelijkbare voorbeeld vormt. 

Lula zou in een tweede, diplomatiek scenario een brug kunnen vormen, waardoor  Europa niet direct de VS in “haar achtertuin” uitdaagt. 

De EU zou ook moeten sturen op meer juridische bewijslast en legitimering door de  VS binnen de kaders van het internationaal recht. Inzet zou een heroriëntatie op  multilaterale anti-narcoticaketens (inclusief landen als Colombia en Brazilië) moeten  zijn met toezicht van neutrale organisaties. 

De kern is dat de September-crisis laat zien hoe snel een tactische maar juridisch  moeilijk te legitimeren actie tegen drugshandel kan transformeren in een geopolitieke  katalysator. De combinatie van Amerikaanse unilaterale keuzes, Venezolaanse  militarisering en regionale veiligheidszorgen maakt dat escalatie steeds dichterbij  komt. Juist daarom is het van belang dat Nederland en de EU diplomatieke buffers  versterken, multilaterale kaders inzetten en humanitaire steun vergroten om te  voorkomen dat het lang vredige Latijns-Amerika toneel wordt van de volgende langdurige proxy-oorlog.

Laatste artikelen

Nieuwsbrief? Meld je aan