Regio Update Latijns-Amerika | Het zijn geopolitiek gezien drukke maanden voor president Lula van Brazilië. Afgelopen november 2024 werd de G20-top nog gehouden in Museum voor Moderne Kunst in Rio de Janeiro, waar in juli dit jaar eveneens de BRICS-top werd georganiseerd. Vorige maand was Lula te gast bij de G7-top in Canada en in november staat de Klimaatconferentie (COP30) eveneens gepland in Belém, Pará. Ondertussen voert de VS de druk op Brazilië en Lula flink op via de inmiddels bekende wegen van het dreigen met importtarieven – ditmaal van 50% – via sociale media. Lula staat voor een ingewikkelde balanceeract.
Al in 2004 op de VN-Conferentie inzake Handel en Ontwikkeling in São Paulo gaf Lula aan: “Globalisering is niet synoniem aan ontwikkeling, het is geen vervanging voor ontwikkeling, maar het kan wel worden gebruikt als een instrument voor ontwikkeling.” Lula stelde destijds dat meer toegang tot vrije markten het Globale Zuiden zou kunnen helpen in hun ontwikkeling en in de strijd tegen armoede en misère zoals honger. Op de G20-top afgelopen november 2024 was Lula’s boodschap dat de “neoliberale globalisering heeft gefaald.”
De vorm van globalisering die in de twintig jaar tussen de twee speeches ontwikkeld is, is in de ogen van Lula een instrument geworden voor imperialisme en grotere ongelijkheid tussen rijke landen en ontwikkelingslanden. Lula stelt een vorm van globalisering voor die ongelijkheden bestrijdt in plaats van versterkt. Bovendien zei Lula nog in dezelfde G20-speech dat “het antwoord op de crisis van het multilateralisme, meer multilateralisme is.” Dat narratief vormt een duidelijk signaal tegen isolationisme en vormt een sterk contrast met de huidige dreiging in de vorm van importtarieven. Lula’s multilateralisme zou vooral plaatsvinden in de vorm van meer coöperatie tussen het Globale Zuiden, het hervormen van de VN Veiligheidsraad en diens permanente zetels tot een ‘eerlijkere’ verdeling en vertegenwoordiging, alsmede het creëren van alternatieve (lees: minder neoliberale) financiële architectuur. Bovendien pleit Lula consistent voor meer aandacht voor globale armoede, honger, gezondheidszorg, klimaatverandering en inclusievere globale digitalisering. Deze thema’s komen consistent terug in de speeches van Lula in internationale fora.
Interessant in het narratief van Lula is dat hij expliciet de economische en politieke ongelijkheid als grondslag ziet van de politieke instabiliteit wereldwijd: “het is geen verrassing dat ongelijkheid haat, extremisme en geweld bevordert – noch dat de democratie onder druk staat” (G20-top, Rio de Janeiro, 18 Nov 2024). Hoewel Lula niet ontkent dat de keuzes – zoals investeren in defensie ten opzichte van ontwikkelingshulp – politiek van aard zijn, ziet hij dit als een direct gevolg van economische verschillen op zowel binnenlands als internationaal niveau. Met andere woorden, instabiliteit en conflict zijn het gevolg van een imperialistische vorm van globalisering en daarmee verbonden neoliberale agenda’s op zowel internationale als nationale niveaus ten opzichte van een gelijk speelveld en gelijke kansen voor collaboratie.
Hieruit valt af te lezen dat Lula’s perspectief op internationale ontwikkeling vooral liberaal is – waarbij onvoldoende samenwerking en inadequate representativiteit binnen internationale organisaties leiden tot winnaars (het Globale Noorden) en verliezers (het Globale Zuiden) – in een tijd waarin het realisme als politiek perspectief sterk in populariteit en aanzien wint. In laatstgenoemde visie is de huidige instabiliteit eerder een gevolg van opkomende economieën die de hegemonie van de VS bedreigen, wat onvermijdelijk tot een machtsstrijd zou leiden waarbinnen staten de hoofdrol spelen en internationale organisaties slechts middelen zijn om de machtige staten te dienen. Lula lijkt in het liberale perspectief steeds meer alleen te staan.
De dreigende importtarieven en Lula’s reactie daarop kunnen ook eenvoudig vanuit die twee perspectieven gezien worden. Waar de VS de tarieven als middel gebruiken om de verdeeldheid binnen de BRICS te versterken en dus een simpele verdeel-en-heers strategie lijken te hanteren, ziet Lula dit als een reden om de samenwerking met andere partners, zoals de BRICS-landen, verder aan te halen.
Hoewel de BRICS nog nooit eerder zoveel handel gedreven hebben als vandaag de dag – niet alleen gedreven door nood – is de verdeeldheid binnen de BRICS zeker zichtbaar. Zo is het narratief van Brazilië – mede met het oog op de COP30 – rondom klimaatkwesties en de energietransitie wezenlijk anders dan van leden die nog volop profiteren van de consumptie van fossiele brandstoffen. Brazilië, Zuid-Afrika, India en Indonesië dringen gezamenlijk nog veel sterker aan op “South-South” coöperatie en globalisering met een streven naar meer gelijkheid naast samenwerking met het Globale Noorden (denk bijvoorbeeld aan India in de QUAD en een Mercosur-EU handelsverdrag), terwijl leden zoals China en Rusland de BRICS meer zien als een platform om de hegemonie van de VS uit te dagen.
Ook militair is de verdeling te zien, waar Lula op de BRICS-top deze maand zei: “Het is altijd makkelijker om te investeren in oorlog dan in vrede, maar we moeten het tegenovergesteld doen.” De retoriek rondom hervormingen op het gebied van de financiële afhankelijkheid van de dollar en instellingen als het IMF en de Wereldbank is in het geval van Lula ook voorzichtiger dan van bijvoorbeeld China, waar Lula (online) op de BRICS-top van 2024 in Kazan, Rusland, aangaf: “het gaat er niet om onze valuta te vervangen, maar we moeten ervoor zorgen dat de multipolaire orde waar we naar streven, wordt weerspiegeld in het internationale financiële systeem.”
Niet alleen internationaal zouden de importtarieven voor druk op Brazilië moeten zorgen, ook binnenlandse polarisatie wordt aangezwengeld om Brazilië geopolitiek richting – wat Lula als afhankelijkheid van de VS zal zien – te drijven. Dit komt grotendeels door de argumentatie achter de importtarieven, die onder andere gestoeld zijn op het idee dat de vervolging van ex-president Jaïr Bolsonaro, in verband met de bestorming van het Braziliaanse Congres na verlies in de verkiezingen, politiek van aard zou zijn. Het effect lijkt tot nu toe vooral averechts te werken, want de populariteit van Lula neemt toe onder de aanhangers van Bolsonaro die het erover eens zijn dat bemoeienis met het rechtssysteem binnen Brazilië de soevereiniteit van de staat aantast.
Wie de Braziliaanse (sociale) media volgt ziet tegelijkertijd dat weldegelijk weer volop met een beschuldigende vinger naar elkaar gewezen wordt tussen de ‘petistas’ (aanhangers van de arbeiderspartij) en ‘bolsonaristas’ (aanhangers van Bolsonaro). Duidelijk is dat Lula’s uitspraken rond Trump negatiever en vijandiger worden, hoewel vaak nog met een diplomatieke bedachtzaamheid. Zo gaf Lula aan de G7 in Canada te bezoeken “voordat de VS Canada annexeren” en als reactie op de bemoeienis rondom het proces van de Bolsonaro zei Lula in een interview met CNN dat Trump niet “gekozen was om keizer van de wereld te zijn.”
Vooralsnog levert dat dus vooral populariteit op bij de Braziliaanse bevolking en in het geval van Bolsonaro een enkelband en een verbod op sociale media. De meer strategische reactie van Lula’s overheid, zo werd bevestigd aan BBC News Brasil bevat onder meer het aangaan van nieuwe en intensievere multilaterale partnerschappen (hierin ligt wederom een gigantische kans voor het doorzetten van het EU-Mercosur akkoord dat klaar ligt ter goedkeuring door de EU-lidstaten: zie ook EU-Mercosur overeenkomst), gebruik van tegenstand door bolsonaristas en de algemene Braziliaanse publieke opinie die zich tegen Trump keert, gesprekken met de WTO en, als laatste optie, een beroep op de Braziliaanse “wet op economische wederkerigheid” aangenomen in april dit jaar. Ook hieruit blijkt dat Lula (krampachtig) vasthoudt aan multilaterale oplossingen en dus aan zijn bredere geopolitieke strategie.
Niets ten nadele van het Museum voor Moderne Kunst in Rio de Janeiro of Belém do Pará, maar het Museu do Amanhã (Museum van Morgen, zie afbeelding) op zo’n drie kilometer van het kunstmuseum zou qua boodschap een betere keuze zijn geweest. Want dat museum is, zoals te lezen is op de website: “Een museum om het heden te verkennen en de toekomst te verbeelden. Geleid door de waarden van duurzaamheid en samenleven, inspireert het ‘Museum van Morgen’ tot nieuwe perspectieven op de wereld die we willen opbouwen.” Een aanrader voor een ieder die Rio de Janeiro bezoekt, maar bovenal voor wie de toekomst zullen bepalen en besturen. Het zou bovendien minder controverse veroorzaken rondom de COP30 inzake een snelweg door het Amazonewoud en cruiseschepen om mensen te huisvesten door een gebrek aan hotels.
Handelingsperspectieven voor Nederland en de EU
De EU heeft hier een strategische kans om samenwerking te intensiveren met een land dat inzet op multilateralisme en democratische instituties. Door het EU-Mercosur verdrag te ratificeren kunnen Brussel en Brasília gezamenlijk werken aan eerlijke handel, duurzame ontwikkeling en energietransitie.
Hoewel verdeeld, biedt BRICS een kans voor informele dialoog met landen als China en India. Brazilië kan hierin fungeren als bruggenbouwer en bondgenoot in het bewaken van een open, regelgebaseerde internationale orde. Bovendien moeten we af van de ‘Koude Oorlog-retoriek’ en samenwerking met BRICS-leden als Brazilië, Indonesië, India etc. niet uit de weg gaan omdat zij deel uitmaken van de BRICS. Vermijd framing van Lula als tegenpool van de VS of China. Zijn strategie is genuanceerd en gericht op samenwerking en hervorming – een positie waar de EU natuurlijke aansluiting bij vindt.
Brazilië positioneert zich als klimaatleider richting COP30, maar kampt met interne tegenstellingen (zoals de geplande snelweg door het Amazonewoud). Hier ligt een kans en momentum om Brazilië (en breder het Globale Zuiden) als volwassen partner(s) te erkennen en te betrekken in klimaatafspraken. De ambities van Brazilië moeten serieus genomen worden en Nederland en de EU – alsmede klimaatactoren zoals ngo’s – moeten ervoor waken zich paternalistisch op te stellen en zo haar diplomatieke krediet te verspelen.